Eind april lag er bij onze achterdeur een vleermuis die een hoop herrie maakte. Een vleermuis op de grond betekent veelal dat er serieus iets aan de hand is. Auke Hoekstra (een van onze leden die vleermuismeldingen behandelt) constateerde dat het om een laatvlieger ging maar kon niet vinden wat er haperde. Er was op het oog niets aan de vleermuis te zien. Toen ik ’s middags thuiskwam was het dier er nog. Wat te doen? Contact met Henriette van der Loo opgenomen en foto’s doorgestuurd. Haar telefonische adviezen opgevolgd en toen konden we niets anders dan afwachten. Opvallend was dat het dier maar aan een pootje hing en erg agressief was toen we hem naar een hangplek verplaatsten. Bij deze verplaatsing werd al wel duidelijk dat het om een mannetje ging. Na een koude nacht hing onze tot op het bot verkleumde Henkie nog op z’n oude plek. Een aandoenlijk gezicht en een hopeloos geval. Moet je zo’n dier uit z’n lijden verlossen of er alles aan doen om hem te redden? We kozen voor het laatste en zijn in de auto gestapt naar Doetinchem met Henkie in een kistje. Daar hebben we ‘m in deskundige handen achter gelaten. Na uitgebreider onderzoek bleek dat Henkie een gebroken staart had. Hij kon dus niet meer (goed) vliegen en waarschijnlijk heeft de trekkracht op de staarthuid veel pijn gedaan, waardoor hij maar aan 1 pootje hing. Uiteindelijk heeft het beestje kort na ons vertrek de geest gegeven. In ieder geval was hij uit zijn lijden verlost.
De combinatie ‘diertje lag op de grond, agressief gedrag, soort en gewicht (15 gram)’ maakte dat Henriette het niet vertrouwde en de NVWA, de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit heeft ingeschakeld. Deze heeft Henkie opgehaald en nader onderzocht: Het dier is positief op rabiës (hondsdolheid) bevonden. Gelukkig waren wij allemaal op de hoogte van de voorzorgmaatregelen en droegen we handschoenen. Het blijkt maar weer: altijd voorzichtig zijn met vleermuizen, nooit met blote handen aanraken maar contact opnemen met de deskundigen van onze vleermuizenwerkgroep!
Erika Ordelman
De volgende en meer informatie vindt u op www.vleermuis.net
U heeft een vleermuis op de grond gevonden
Als u een vleermuis op de grond vindt is dat vaak al een teken dat er iets aan de hand is. De vleermuis kan gewond zijn, ziek, verzwakt, dood, of nog te jong om te kunnen vliegen.
U doet er verstandig aan de vleermuis niet met blote handen op te pakken. Een vleermuis die zich dan bedreigd voelt zal proberen te bijten. Bij twee soorten vleermuizen in Nederland kan hondsdolheid (rabiës) voorkomen. Neem daarom geen risico. Indien toch nodig om de vleermuis op te pakken, lees de vang-instructie, en bel vervolgens een vleermuisdeskundige of opvangcentrum.
Dood?
Of een vleermuis nog leeft of niet is niet altijd even duidelijk. In rust kan een vleermuis zijn lichaamstemperatuur laten zakken. Dat gebeurt voor lange tijd tijdens de winterslaap, maar ook vaak overdag in de rest van het jaar. Zo’n afgekoelde vleermuis reageert helemaal niet of zeer sloom en versuft. Een bewegingsloze vleermuis hoeft dus niet altijd dood te zijn.
Foto maken en of opsturen voor onderzoek
Wanneer de door u gevonden vleermuis dood blijkt te zijn neem dan contact op met een vleermuisdeskundige / vleermuiswerkgroep bij u in de buurt. Vondsten van vleermuizen bieden vaak zeer waardevolle informatie over de verspreiding van soorten in Nederland. Ook kan een vondst duidelijk maken dat vleermuizen in een bepaald gebied bedreigd worden. De vleermuisdeskundige zorgt ervoor dat de gevonden vleermuis wordt geregistreerd en zonodig wordt onderzocht. Indien u geen middelen heeft om de vleermuis mee te nemen of geen deskundige weet te bereiken, verzoeken we u een foto te maken vande gevonden vleermuis. Zorg voor een goede belichting en maak het liefst meerdere foto’s, waarvan mininaal een een closup van het gezicht.