Operatie Barbastelle – De eerste resultaten:

Wij zijn inmiddels enige weken onderweg met operatie Barbastelle en tot nu toe hebben we geen tekenen van de mopsvleermuis op onze detectoren waargenomen. Eigenlijk zou dit nieuwsbericht hiermee afgesloten kunnen worden. Helaas, dit gaat niet gebeuren, want er zijn andere vorderingen geboekt.

Laten wij eerst zeggen dat een project als dit voor ons geen alledaagse bezigheid is. De afgelopen jaren hebben wij ons voornamelijk gericht op educatie. In de zomer zijn we betrokken bij zo’n 25 excursies in de Achterhoek, wat weinig tijd overlaat voor onderzoek. Dit is dus een winterklus.

Sinds we zijn begonnen, hebben we ontdekt dat we meer data nodig hebben om onderbouwde uitspraken te kunnen doen. Er moet dus meer gemeten worden. Hiervoor hebben wij enkele loggers aangeschaft. Deze gaan we inzetten om elke 10 minuten de temperatuur en luchtvochtigheid te meten. Op het moment dat wij deze diertjes waarnemen zijn dit waardevolle gegevens. We zijn er klaar voor. Zie foto.

Literatuur

Ook zijn we in de literatuur gedoken met betrekking tot mopsvleermuizen. Hierin staat bijzondere informatie die onze gespreken de komende maanden zal domineren. Een voorbeeld hiervan is het volgende:

Vleermuizen in Nederland maken vaak gebruik van echolocatie om hun prooi te bemachtigen. De gewone dwergvleermuis, bijvoorbeeld, gebruikt een signaal dat het sterkst is bij 45 kHz. De mopsvleermuis daarentegen, stoot twee verschillende geluiden uit: eentje die het sterkst is bij 32 kHz en een ander geluid bij 40 kHz. Zie hiervoor de afbeelding van …. Waarom zou hij dat doen?

32 kHz en 40 kHz

Volgens Seibert et al.(2015) wordt het ene geluid gebruikt om de hoogte boven de grond te bepalen. Dit geluid wordt uitgestoten via de mond. Het andere geluid wordt via de neus uitgezonden en gaat de lucht in. Dit signaal wordt gebruikt om nachtvlinders te vinden, de hoofdprooi van de mopsvleermuis. Door dit te lezen (en te overdenkend), kunnen we voorspellen dat de mopsvleermuis zijn prooi voornamelijk van onderen aanvalt, en dit blijkt inderdaad het geval te zijn. Onderzoek van Lewanzik en Goerlitz (2017) toont aan dat 80% van de keren dat een mopsvleermuis (in het vrije veld) een insect naderde dit van onderen gebeurde.

Wat is er nog veel te leren ….

Wij willen de eigenaresse van dit gebied hartelijk bedanken voor haar warme ontvangst, elke keer weer.

Tekst: Kevin

Foto’s: Hillie

Afbeelding Sonogram: https://www.agribats.com/blog/the-barbastelle-bat/

 

Literatuur:

Lewanzik, D., Goerlitz, H.R. (2017) Continued source level reduction during attack in the low-amplitude bat Barbastella barbastellus prevents moth evasive flight. Opgevraagd van: https://besjournals.onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/1365-2435.13073

Seibert, A. M., Koblitz, J. C., Denzinger, A., & Schnitzler, H. U. (2015). Bidirectional echolocation in the bat Barbastella barbastellus: Different signals of low source level are emitted upward through the nose and downward through the mouth. PLoS ONE, 10, 1–17.